Ik werd geraakt door een interview met Peter Rombouts, danser en organisatiedeskundige in de serie Nieuwe Leiders. Hij heeft een manier gevonden om zijn passie voor dans en improvisatie te integreren in zijn werk als organisatiedeskundige.
Peter vertelt: “Wat ik tijdens zo’n dans doe is mezelf diep afstemmen op het vraagstuk en de dynamiek van de groep mensen die aanwezig zijn. Diep luisteren … zonder er in mijn hoofd iets van te vinden of meteen naar een oplossing toe te willen werken. Het doet een beroep op een innerlijke waarneming die we allemaal hebben, maar die vaak wordt overstemd door ons denken. En dan ga ik dansen. In een soort tussenruimte die dan ontstaat..” “Met de dans rek ik die ruimte iets op en verlaat ik even de spreektaal. En wat er dan opkomt, neem ik allemaal serieus. Het komt niet voor niets op..”
Die innerlijke waarneming, zoals hij het beschrijft, is zeer herkenbaar. Het is wat ik ervaar met stembevrijdend zingen. In plaats van te focussen op je denken, focus je eerst op je lichaam en de ademhaling. Vanuit daar laat je de klanken komen. Zonder woorden of slechts met een enkel woord. Het contact met je lichaam maakt het makkelijker om vol in het moment aanwezig te zijn, te ervaren wat zich aandient en dat te bezingen.
Door nieuwsgierig te zijn naar wat je ervaart en je daarvoor open te stellen ontstaat er ruimte voor dat ‘diepe luisteren’ naar wat zich van binnen roert. Wat het ook is. Wat ik nu voel mag er zijn. Sterker nog…het moet er zijn. “Het komt niet voor niets op”. Vanuit die beweging naar binnen kan een beweging naar buiten volgen. Zingend stem geven aan die binnenwereld.
Het is een bijzondere ervaring dat er al zingend ruimte ontstaat. Ruimte voor adem, voor helderheid, zelfs voor lichtheid. Zelfs bij verdriet en pijn ontstaat ruimte als het gezien, erkend en bezongen wordt. Je ziel wordt als het ware voelbaar; ook voor anderen die naar je luisteren. De verbinding ontstaat precies daar. Daar zijn geen woorden voor nodig.